Wat gebeurt er met spieren, pezen en bindweefsel tijdens de menopauze
Tijdens de overgang verandert er veel in je lichaam. Progesteron, oestrogeen en testosteronspiegels dalen waardoor diverse klachten kunnen ontstaan. Denk aan opvliegers, nachtzweten, hersenmist, hartkloppingen, gevoelens van onrust, angst, depressie, vermoeidheid en overprikkeling. En dit is nog maar een deel van de mogelijke klachten. De klachten kunnen al ontstaan tijdens de perimenopauze, een periode waarin de hormoonspiegels flink schommelen. Dat kan al vanaf het 35e levensjaar.
Een belangrijk, maar vaak over het hoofd gezien aspect, is de impact van deze hormonale veranderingen op je spieren, botten en gewrichten. Het gevolg is:
- Pijn in spieren en gewrichten
- Afname van spiermassa
- Ontstekingen zoals een frozen shoulder
- Toename van artrose
- Afname van botdichtheid
Dr. Vonda Wright, orthopedisch chirurg, noemt dit het “musculoskeletale syndroom van de menopauze”.
Wereldwijd ervaren meer den 70% van de vrouwen in de overgang deze klachten en bij ongeveer 25% zijn de klachten zo ernstig dat ze het dagelijks functioneren belemmeren.

Wat kun je doen
Veel vrouwen denken dat spier- en gewrichtsklachten gewoon bij het ouder worden horen, maar ze kunnen een direct gevolg zijn van hormonale veranderingen tijdens de overgang. Door bewust te zijn van deze klachten en actie te ondernemen, kun je je kwaliteit van leven verbeteren.
Pijn- en overgangsklachten kun je laten behandelen met bio-identieke hormoonsuppletie. Dit zijn hormonen die identiek zijn aan de chemische structuur van je eigen hormonen en geven ze amper bijwerkingen en risico’s. Je huisarts kan deze hormonen aan je voorschrijven. Helaas zijn veel artsen onvoldoende op de hoogte over dit onderwerp. Slim is om je van tevoren goed in te lezen over de overgang en bio-identieke hormonen. Dit kan via de facebookpagina van Leen-Marie Reynvoet “Bio-identieke hormonen bij overgang/ menopauze: evidence-based hulp + info.
Ook kun je terecht bij overgangsconsulenten.
Verder is het enorm belangrijk om genoeg te slapen, voldoende eiwitten te eten voor de spieropbouw (ongeveer 2 gram proteïne/kg lichaamsgewicht) en aan zware gewichtstraining te doen. Minder cardio en meer met zware gewichten aan de slag, maar bouw dit vooral rustig en onder begeleiding op.